Over
Met zijn Stabat Mater uit 1926 positioneerde Karol Szymanowski zich in een prestigieuze rij componisten die de anonieme, middeleeuwse tekst op muziek gezet hebben: Palestrina, Orlando di Lasso, Rossini, Schubert en Verdi. Szymanowski vernieuwt die traditie door een Poolse vertaling van de Latijnse tekst te gebruiken en Poolse volksmelodieën toe te voegen aan het religieuze geheel. De drie solisten zingen nooit samen, alsof het leed van Maria nog niet gedeeld kan worden, en komen enkel in het laatste deel samen. Dit vocale meesterwerk van Szymanowski wordt aangevuld met zijn eigen Vierde Symfonie en twee werken van landgenoten: de Suita voor strijkersorkest van Grazyna Bacewicz – ook uit de jaren dertig – en Krzysztof Penderecki’s Ciaconne uit 2005.