Tijdens iRRooTTaa krijgen Willem en Sophie af te rekenen met een massa witte keramische balletjes. Die zijn verre van perfect: de balletjes zien er net niet helemaal rond uit, ze zijn allemaal ongelijk en het zijn er ook veel te veel. De balletjes lijken niet helemaal grijpbaar… en ze zijn ook totaal onbegrijpbaar. Ze rollen drummend in het rond, springen alle kanten uit, bruisen plots op in een mond, plakken ineens vast aan het plafond en vliegen letterlijk rond je schenen.
Daarmee nodigt iRRooTTaa je uit om niet alle ballen constant in de lucht te houden. De voorstelling brengt een ode aan de ‘drop’. Want soms zorgt iets laten vallen net voor nieuwe mogelijkheden. Falen is dus toegestaan. De regels veranderen ook. Want als we af en toe iets door onze vingers laten glippen, wordt het spelen van het leven misschien wel véél leuker.