Agenda: Evenementen Leuven

Agenda met evenementen

FILTRES
Filteren op typen
ALLE
Concert
Theater / Spektakel
Tentoonstelling
Evenement voor kinderen
Lezing / Debat
Vertellingen / Literatuur
Film
Uitstap / Ontdekking / Patrimonium
Stage / Cursus
Fuif
Diverse Activiteiten
Salon / Beurs
Markt en Rommelmarkt
Feest of Folklore
Sportevenement
Virtueel evenement
Varia
Filteren op indicatoren
Speciaal voor kinderen
Speciaal voor gezinnen
Speciaal voor studenten
Artikel 27
Toegang voor mensen met beperkte mobiliteit
Doven en slechthorenden
Filteren
CALENDRIER
Agenda
59 evenement(en) gevonden (51 tot 100)

De beeldhouwkunst van de Ovimbundu

Tentoonstellingen Permanente expo's
Musée royal de l'Afrique centrale
Tervuren - Brabant Flamand
De Ovimbundu zijn een belangrijke Angolese bevolkingsgroep in de huidige provincie Benguela. De kunst van deze cultuur is niet goed gekend bij het grote publiek en het aantal Ovimbundu-werken is betrekkelijk schaars. Niettemin bezit het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika (KMMA) een van de voortreffelijkste Ovimbundu-verzamelingen. De aanwezigheid van deze collectie in een museum dat oorspronkelijk gewijd was aan wat we nu de DR Congo noemen, is grotendeels te danken aan Robert Verly. Kunstschilder Robert Verly (1901-1963) maakte aanvankelijk deel uit van de Commissie voor de Bescherming van de Inlandse Kunsten en Ambachten (COPAMI). In de jaren 1940 werd hij door de Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis van Brussel (KMKG), belast met een etnografische zending in Angola. Tijdens deze zending verzamelde hij de Ovimbundu-beeldjes waarvan er hier enkele worden voorgesteld. De objecten werden eerst ingeschreven in de KMKG, voor hun overbrenging naar het KMMA tussen 1967 en 1979. Robert Verly verzamelde uitgebreide informatie over het geestelijke en materiële leven van de Ovimbundu en de Kimbundu. De voortijdige dood van de onderzoeker verhinderde de publicatie van het merendeel van zijn werken en onderzoek.. De selectie van voorgestelde objecten maakt het mogelijk om, aan de hand van door Robert Verly of door andere onderzoekers verzamelde gegevens, inzicht te verkrijgen in bepaalde aspecten van het religieuze, sociale en politieke leven van de Ovimbundu. We treffen enerzijds bijzonder fijn gesculpteerde mannelijke en vrouwelijke beeldjes aan, anderzijds enkele cefalomorfe knotsen en tenslotte andere voorwerpen zoals pijpen. Algemeen genomen kunnen deze objecten op basis van hun functie in vier grote categorieën worden ondergebracht. Bepaalde voorwerpen zijn verbonden met de soma (de chef of heerser), andere met activiteiten van de ocimbanda (de waarzegger), en enkele, met een vaak erg grove plastiek, zijn gekoppeld aan jachtrituelen. Tenslotte is er ook nog een sculpturale productie die uitsluitend bestemd was voor de verkoop aan Europeanen, zoals aan Robert Verly.

De hoofdrolspelers van de Onafhankelijkheid

Tentoonstellingen Permanente expo's
Musée royal de l'Afrique centrale
Tervuren - Brabant Flamand
Het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika bewaart de archieven van Jules Gérard-Libois (1923-2005). Hij was de oprichter van het Afrika Studie- en Documentatiecentrum (ASDOC). Dit befaamde centrum is nu in het KMMA opgenomen als de afdeling Eigentijdse Geschiedenis. De archieven van Jules Gérard-Libois bevatten, onder andere, een belangrijke verzameling foto’s die informatie verschaffen over de evenementen en de figuren die een ingrijpende rol gespeeld hebben bij de onafhankelijkheid van Congo en gedurende de postkoloniale periode. Deze bevatten bovendien geluidsopnames van de onderhandelingen tussen België en Congo uit 1960, evenals een collectie werken en tijdschriften. De archieven werden opgebouwd tussen 1958 en 2004 tijdens de volledige beroepsactiviteit van Gérard-Libois. Dit gebeurde in het kader van publicatieprojecten van werken gewijd aan de politieke evolutie van Congo en de Belgisch-Congolese betrekkingen, wat de belangrijkste onderzoeksdomeinen waren van het Centrum voor socio-politiek onderzoek en informatie (Centre de recherche et d'information socio-politiques ou CRISP ), dat ook door Gérard-Libois opgericht werd. Deze werken waren vooral bestemd om Congolese onderzoekers toegang te verschaffen tot betrouwbare bronnen over de geschiedenis van Congo. De archieven overspannen een heel groot stuk van de Congolese geschiedenis, gaande van 1940 tot het moment dat Laurent Désiré Kabila in 1997 aan de macht komt. Een heel belangrijke reeks is gewijd aan de werken van de Belgische parlementaire Onderzoekscommissie over de omstandigheden van de moord op Patrice Lumumba, de toenmalige eerste minister van Congo, in januari 1961. J. Gérard-Libois zetelde als expert in deze commissie in 2000-2001. De tweede belangrijke reeks is die over de rol van Che Guevara in de Congolese guerrilla in 1965. De andere reeksen handelen over Congo tijdens de Tweede Wereldoorlog (1940-1945), de periode voorafgaand aan de onafhankelijkheid van 1960, de opstanden tijdens de jaren 1960, het regime van Mobutu (1965-1993), het traject van Laurent Désiré Kabila (1979-1999), enz.

De collectie oude kaarten

Tentoonstellingen Permanente expo's
Musée royal de l'Afrique centrale
Tervuren - Brabant Flamand
De collectie oude kaarten van het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika (KMMA) telt ongeveer 3.500 gedrukte kaarten. De meeste kaarten geven Midden-Afrika en in het bijzonder het grondgebied van de DR Congo weer, maar een aantal stelt heel Afrika en de andere regio’s van het continent voor. De kaarten dateren van 1500 tot 1885 en maken het bijgevolg mogelijk om de evolutie van de voorstelling van Afrika te volgen, van de eerste zogenaamde ptolemeïsche kaarten uit het begin van de 16de eeuw, langs die uit de 17de en de 18de eeuw, tot de kaarten uit de tweede helft van de 19de eeuw. Vanaf toen bracht de systematische verkenning van het Afrikaanse binnenland een intensieve kaartproductie op gang ten dienste van de toekomstige kolonisatoren. De ptolemeïsche kaart van Bernard Sylvanus (Venetië, 1511) is het oudste stuk uit de KMMA-collectie. Sommige kaarten afgeleid van het werk van Waldseemüller gaan de grote klassiekers als Ortelius, Thevet en Mercator vooraf. Daarnaast gaat de collectie prat op bijzondere Nederlandse, Franse en Engelse kaarten uit de 17de eeuw, van de hand van beroemde cartografen zoals Hondius, Janssonius, Guillaume en Joan Blaeu, Visscher, de Wit, Sanson, Duval, Jaillot en Speed. De wandkaart van Afrika, in 1644 uitgegeven door Pieter Verbist in Antwerpen, is het enige bekende overblijvende exemplaar en tevens het pronkstuk van de collectie. In het begin van de 18e eeuw rezen vragen bij de traditionele weergave van het continent en zijn regio’s, zoals blijkt uit de kaarten van Delisle, D’Anville en andere exemplaren van Duitse of Nederlandse oorsprong. Enkele wandkaarten uit die periode getuigen van de overgang naar een nieuw concept. Vanaf de conferentie van Brussel in 1876 krijgt de cartografie van Midden-Afrika een politiek karakter. Vooral de conferentie van Berlijn (1884-1885) brengt de ontwikkeling van de cartografie in een stroomversnelling. De collectie bevat een representatieve waaier van kaarten die destijds werden uitgegeven in België, Engeland, Frankrijk, Duitsland en Portugal. Een heel aantal van die moderne kaarten – topgrafische, administratieve of thematische kaarten – heeft betrekking op het toenmalige Belgisch Congo tot de onafhankelijkheid in 1960.

De voorwerpen van de mukanda-initiatie

Tentoonstellingen Permanente expo's
Musée royal de l'Afrique centrale
Tervuren - Brabant Flamand
Het oude mannelijke initiatieritueel mukanda kent een grote geografische verspreiding. Oorspronkelijk bestond dit gebruik vooral voor kinderen of jonge adolescenten van 9 tot 15 jaar. In het kader van de mukanda werden tal van objecten vervaardigd, soms door de besnedenen zelf. De enkele hier voorgestelde werken geven een idee van de uitgebreide etnografische collectie die het KMMA bezit over dit boeiende onderwerp. De van hun ouders afgezonderde adolescenten werden besneden door een man die bedreven was in deze operatie. Ze vertoefden verschillende maanden, soms zelfs jaren, in een kamp in de wildernis. Tijdens deze harde afzonderingsperiode leerden ze een weerstand op te bouwen en de regels van de dorpsgemeenschap te eerbiedigen. Ze werden ingewijd in de mythes, in allerhande ambachten en in de jacht, en ze leerden ook op gepaste wijze om te gaan met vrouwen. Wanneer de mukanda ten einde liep, waren de geïnitieerden niet langer kinderen maar mannen in staat actief deel te nemen aan het gemeenschapsleven. Tussen de voorwerpen van het mukanda -ritueel bevinden zich maskers die, afhankelijk van model en cultuur, konden gedragen worden door de besnedenen zelf, of ook door bepaalde dignitarissen, verantwoordelijk voor het kamp en voor de jongeren. Beeldjes met magische krachten beschermden de besnedenen terwijl andere, door hun symboliek, eerder een didactische rol vervulden. De mukanda kende een grote verspreiding. Dit ritueel is of was gangbaar in heel het zuiden van de DR Congo (provincies Katanga, West-Kasaï en Bandundu), het noordoosten van Angola (met name in de provincies Noord- en Zuid-Luanda, Malanje en Uige), en in het noorden van Zambia (in de noordwestelijke provincie). De Lunda- en de Chokwe-bevolkingsgroepen droegen het meeste bij tot de verspreiding ervan.

Henry Rosy en de gaza wuli-initiatie

Tentoonstellingen Permanente expo's
Musée royal de l'Afrique centrale
Tervuren - Brabant Flamand
Henry Rosy werkte van 1933 tot 1939 als landbouwingenieur van de Staat in de regio van de Ubangi in Congo. Hier verzamelde hij voor het Museum meer dan 400 objecten. Dankzij de begeleidende etnografische aantekeningen en honderden foto’s kan deze collectie goed in haar originele context worden gesitueerd. Henry Rosy verbleef twee jaar bij de Ngbaka in de regio van Gemena vanwaar hij een reeks voorwerpen en foto’s meebracht die nauwkeurige informatie verstrekken over de mannelijke initiatieritus, de gaza wuli, en over de vrouwelijke overgangsritus, de gaza wuko. In 1936 kreeg Henry Rosy de kans deze twee belangrijke ceremonieën bij te wonen in de dorpen Lengbwelle en Bombakabo, ten westen van de stad Gemena. De fotografische getuigenissen die hij hierover meebracht, werden een onweerlegbare studiebron voor de culturele geschiedenis van deze streek. De hier voorgestelde fotoselectie illustreert het besnijdenisritueel van de mannen in Bombakabo. Henry Rosy kreeg de toestemming de initiatieruimte te betreden en werd zo een bevoorrechte ooggetuige. Als landbouwingenieur onderhield Henry Rosy een voortdurend contact met de wetenschappers van de afdeling Etnografie, Jozef Maes en Olga Boone. Door zijn nauwkeurige en relevante waarnemingen is zijn veldwerk een echte etnograaf waardig. Uit de briefwisseling blijkt zijn diepe eerbied voor de cultuur van de samenlevingen waarmee hij in aanraking kwam, een vrij uitzonderlijke ingesteldheid in de koloniale context van de jaren dertig. Hij bouwde een wederzijdse vertrouwensrelatie op met zijn Congolese gesprekspartners, en beschikte over een trefzeker observatietalent. Die troeven verleenden hem toegang tot getuigenissen en informatie die in grote mate bijdroegen tot de kennisuitbreiding over dit cultuurgebied in het noordwesten van de DR Congo.

De stedelijke fotografie van Joseph Makula

Tentoonstellingen Permanente expo's
Musée royal de l'Afrique centrale
Tervuren - Brabant Flamand
Joseph Makula trad in 1956 als eerste en enige Congolese fotograaf in dienst bij Congopresse, het officiële agentschap van Belgisch Congo. Hij had het vak geleerd in het leger en al wat ervaring opgedaan bij een krant. Makula fotografeerde voornamelijk het dagelijkse leven van de stedelijke Congolese middenklasse waartoe hij zelf behoorde en met wie hij zich duidelijk kon identificeren. Een van zijn onderwerpen was het hoger technisch onderwijs dat in de jaren 1950 werd uitgebouwd voor jongens en meisjes. Hij bracht heel wat zogenaamde “évolué’s” voor zijn lens, die een nieuwe Congolese elite vormden. Bij gebrek aan initiatieven van de koloniale overheid organiseerden zij zelf onderwijs voor vrouwen die veelal zonder opleiding of slechts laaggeschoold op de arbeidsmarkt terecht kwamen. De vrij intieme foto’s die Makula nam van de interieurs van “évolué's” weerspiegelen duidelijk de verwantschap tussen de fotograaf en de personen die werden gefotografeerd. Makula nam in vergelijking met zijn Europese collega's opvallend minder foto’s van officiële aangelegenheden en van het bezoek van hooggeplaatste buitenlandse gasten. Hij reisde ook veel minder. Hoewel we enkele foto’s van verre provincieplaatsen terugvinden, is het duidelijk dat hij vooral in of in de buurt van de hoofdstad Leopoldstad werkte. Foto's van het Congolese dorpsleven zijn helemaal afwezig in zijn oeuvre. Het is onduidelijk of de opvallende contrasten tussen de foto's van Makula en zijn Europese collega's te maken hebben met zijn persoonlijke voorkeuren dan wel met beslissingen van zijn oversten. Na de onafhankelijkheid leidde Makula een hele generatie van fotografen voor Congopresse op, onder wie ook de eerste en enige vrouw, Mpate Sulia. Mobutu vertrouwde hem een aantal belangrijke opdrachten toe. Tussen 1981 en 1991 had hij zijn eigen studio Photo Mak in Lemba (Kinshasa). Een van zijn dochters werkt ook als fotografe.

De fotocollectie van Henry Morton Stanley

Tentoonstellingen Permanente expo's
Musée royal de l'Afrique centrale
Tervuren - Brabant Flamand
Vierhonderd foto’s mag weinig lijken in verhouding tot het hele Stanley-archief dat liefst 7.000 items telt. Toch zijn de foto’s een heel nauwkeurige illustratie van het leven van Stanley, van zijn Afrikareizen en van zijn sociale contacten. Tussen 2000 en 2004 kocht de Koning Boudewijnstichting de meeste foto’s. Het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika bewaart en beheert de volledige collectie. Het formaat van de foto’s varieert van postkaarten en standaardafmetingen tot stereoscopische beelden. Stanley zelf maakte er een aantal tijdens zijn reizen. Zijn gezin, vooral zijn vrouw Dorothy, nam foto’s op meer vertrouwde locaties. Ander beeldmateriaal is afkomstig uit bekende studio’s. De collectie bevat ook foto’s die Stanley kreeg van vrienden, reisgenoten, politici, leden van de ‘beau monde’ en dergelijke meer. Er zitten verschillende thema’s in de collectie verweven. De foto’s van de Afrikareizen laten onder meer koning Mutesa van Oeganda zien, de verkenners van Stanley, de bemanning van de Lady Alice, de oevers van het Tanganyikameer en van de Congorivier en de Wagenia-visserijen. Ze geven een beeld van diverse missies en factorijen die in handen waren van Europeanen en er zitten ook portretten bij van latere reizigers, gemaakt op de kust van Cabinda na hun doortocht door het Afrikaanse continent. Het fotomateriaal van Stanley toont ook de ontwikkeling van het medium. Foto’s nemen in 1874 in Afrika was geen sinecure. De belichtingstijden waren erg lang, je moest uiterst fragiele glasplaten gebruiken en de kans om materiaal te verliezen of te beschadigen was groot door de risicovolle tochten en de slechte weersomstandigheden. Pas op het einde van zijn leven gebruikte Stanley een automatisch toestel. Hij gebruikte zijn opnames ook als lantaarnplaatjes, de voorlopers van onze moderne dia’s, ter illustratie van zijn talloze lezingen over de hele wereld. Tijdens die lezingen bleek hoe handig Stanley met het medium overweg kon.
Rommelmarkt - Leuven (maandag)(elke week)

Rommelmarkt - Leuven (maandag)

(elke week)
Markten en Rommelmarkten Rommelmarkten
Mathieu De Layensplein
Leuven - Brabant Flamand
Toegang voor mensen met beperkte mobiliteit

Brocanterie en Artisanale Makersmarkt - Leuven

Markten en Rommelmarkten Rommelmarkten
Martelarenplein
Leuven - Brabant Flamand
MARCHE ARTISANAL avec les créatifs, les artistes, les designers, les artisans, etc.
59 evenement(en) gevonden (51 tot 100)