Met een glas op tafel, zachte verlichting, een piano en een gitaar, en begeleid door onze oude vriend Julio Gonçalves, een bekwame percussionist, beginnen we aan een reis terug naar die prachtige jaren, toen bossa nova avant-garde was. Door de woorden van poëtische auteurs en de noten van geïnspireerde componisten, tussen liedjes en anekdotes door, praten we over onze vaders en zingen we over deze essentiële artiesten van onze eeuw. Als wichelroedelopers op zoek naar ondergrondse rivieren, proberen we enkele van de mysteries van hun creatieve genie te ontsluieren en de kronkels van hun levens en ontmoetingen te volgen.