De Krim-Tataarse multi-instrumentalist Djemil Karikov en zijn dochter Nial Khalilova bundelen hun krachten met de Oekraïense zangeres en actrice Natalia Rybka-Parkhomenko voor een buitengewone muzikale reis. Eén concert, drie artiesten en de samensmelting van twee erfgoeden – een verhaal van ballingschap en hoop, vertolkt in klank. Een voorstelling die roept en troost, en niemand onberoerd laat.
De Krim-Tataren, een Turks sprekende etnische groep, behoren tot de oorspronkelijke bevolking van het Krim-schiereiland. Nadat ze in 1944 onder Stalin naar Centraal-Azië werden gedeporteerd, konden ze pas terugkeren toen Oekraïne in 1991 onafhankelijk werd. Sinds de annexatie van de Krim in 2014 gaan ze opnieuw gebukt onder massale repressie.
In dit project ontmoeten de Krim-Tartaarse multi-instrumentalist Djemil Karikov en zijn dochter Nial Khalilova de Oekraïense zangeres en actrice Natalia Rybka-Parkhomenko, die ook deel uitmaakt van Kurbasy. Als etno-musicoloog heeft Djemil Karikov talloze volksliederen uit de vergetelheid gehaald en bijgedragen aan de heropleving van een aantal nationale muziekinstrumenten. In 2021 publiceerde hij een bloemlezing van traditionele Krim-Tataarse muziek “Qırımnın yerli muzıkası” (“Muziek van de Krim”). Samen combineren ze in dit project twee culturen, twee talen en twee volkeren. Oekraïense en Krim-Tataarse volksliederen. In de Krim-Tataarse en Oekraïense traditie heeft de plant “Yuşan” een symbolische betekenis: het zou helpen om de eigen wortels en cultuur niet te vergeten.