UNIFORM
Uniform zoekt naar de bodem, en wat er onder de bodem zit. En daar onder. Met hun vijfde album ‘American Standard’, dat op 23 augustus verschijnt, keert de band terug met hun muzikaal meest zelfzekere album tot nu toe. De secties vloeien en exploderen. Motieven dwalen af naar obscuriteit voordat ze met nieuwe kracht weer opduiken. Genres botsen en exploderen en vormen iets eigenzinnigs en nieuws. Aan het eind van de dag blijft er vertrouwen over. Een plaat van een dergelijke omvang en diepte, een kunstwerk dat zo geavanceerd is, kan alleen worden geprobeerd met een extreme en bijna krankzinnige verstandhouding tussen de medewerkers.
‘American Standard’ rust stevig op het fundament waarop de twee oorspronkelijke leden van Uniform, Michael Berdan en Ben Greenberg, al meer dan tien jaar vertrouwen. Wil een album eenvoudige genreoefeningen trotsen en een kunstwerk worden, dan moesten de muzikanten erachter zichzelf zo ver voorbij de grenzen van een gevestigde comfortzone duwen dat ze misschien nooit meer terugkeren. Het album is zonder twijfel een kunstwerk, kwellend in zijn eerlijkheid en meedogenloos in zijn zoektocht naar sonische transcendentie. Het is afschuwelijk. Het is prachtig. Het is noodzakelijk.