Sinds hun oprichting in 1976 in Queens, New York, hebben de Fleshtones hun eigen merk SUPER ROCK bestendigd, een uitzinnig amalgaam van garagepunk en soul, doorspekt met de big beat, en uitgekristalliseerd met spectaculaire grootsheid op het podium. Hun showmanschap heeft ze meer dan veertig jaar op de weg gehouden, aanbeden door een publiek wiens liefde voor hen grenst aan religieuze vurigheid. Hun laatste album, Face of the Screaming Werewolf, is sneller in de hitlijsten gekomen dan al hun vorige twintig albums en bewijst eens te meer dat SUPER ROCK geen tekenen van slijtage vertoont.
In tegenstelling tot de pioniers van weleer, de Rolling Stones, hebben ze hun tempo niet verlaagd om te compenseren voor osteoporose, en ze hebben niets van hun kracht verloren. Het geheim van het succes van de Fleshtones schuilt in het feit dat ze nooit het geluid van een ander tijdperk hebben overgenomen en in hun griezelige vermogen om paisley met klasse te dragen.
Evel Knievel zei ooit dat de "Amerikaanse held" het meest vluchtige beroep van allemaal is. The Fleshtones zijn hier om zijn ongelijk te bewijzen. De band is het laatste echte ding in Amerika.